ADHD en de farmaceutische industrie
Bron: http://www.artsennet.nl/opinie/artsen-blogs/Blog-Henk-Jan-Out/blog-henk-jan-out/118410/ADHD-en-de-farmaceutische-industrie.htm
Prof. Dr. Henk Jan Out (1961) is bijzonder hoogleraar farmaceutische
geneeskunde bij de afdeling farmacologie – toxicologie aan het UMC St Radboud in Nijmegen en het Nijmegen Centre for Evidence Based Practice.
Al geruime tijd vindt er
in dit land een discussie plaats over ADHD. Ook op Artsennet wordt er
regelmatig over geblogd. De politiek bemoeit zich er zelfs mee. Bestaat
ADHD wel, is het een stoornis of, zoals Laura Batstra stelt, gewoon een
gedrags- of temperamentvariant waar veel mensen in de omgeving moeite
mee hebben? Ik ben geen expert en zal me zeker niet met de inhoudelijke
discussie bemoeien. Maar ik verbaas me wel over de toon van de discussie
als het over de farmaceutische industrie gaat.
Zo
is volgens sommigen het gebruik van medicatie om ongewenst gedrag te
beïnvloeden uiterst onwenselijk. En ik kan me dat in eerste instantie
ook wel voorstellen bij amfetamine-achtige stoffen voor kinderen. Maar
dat is toch meer een emotionele dan rationele overweging. Het lijkt wel
alsof het doel niet zozeer is om kinderen en ouders zo goed mogelijk te
helpen maar eerder om gebruik van medicatie zo lang mogelijk uit te
stellen. Waarom eigenlijk? Van pillen kan je in ieder geval zeggen dat
ze uitgebreid onderzocht moeten worden op werkzaamheid en veiligheid
voor gebruik, in tegenstelling tot veel gedrags- en psychotherapieën. En
je moet goede redenen hebben om iemand een werkzame therapie te
onthouden, of dat nu pillen zijn of niet. Zeker, geen werking zonder
bijwerking, maar gaan we er misschien iets te gemakkelijk vanuit dat
behandelingen zonder pillen niet schadelijk zouden kunnen zijn?
Alle
experts geven aan dat er een plaats voor medicatie moet zijn bij ADHD.
Vanwaar dan toch die agressie naar de pillenmakers? Het ADHD-netwerk mag
haar wetenschappelijke meetings niet meer laten sponsoren door
fabrikanten, vindt Van der Gaag, de voorzitter van de Nederlandse
Vereniging voor Psychiatrie. Alsof de congrestassen van de meeste
internationale psychiatrische congressen niet uitpuilen met
foldermateriaal over pillen. De Volkskrant kopt verontrustend op de
voorpagina dat farmaceuten een lucratieve markt zien voor ADHD voor
volwassenen. Maar veel volwassenen met ADHD geven aan baat te hebben bij
pillen. Niemand zal ontkennen dat het voorschrijven daarvan leidt tot
winsten voor fabrikanten maar dat geldt ook voor apothekers,
behandelaars en klinieken. Het is toch wat morbide om bij nieuwe
succesvolle medische behandelingen allereerst te wijzen op winsten van
hulpverleners. Maar dat gebeurt wel bij ADHD. Want dat is toch eigenlijk
een gemedicaliseerde, niet-bestaande aandoening, lijkt de onderliggende
gedachte. Die eenzijdige negatieve aandacht voor de fabrikant zegt dus
vooral veel over de journalistieke invalshoek waar farma-bashing nou
eenmaal lekker ligt. Waarom zou een farmaceut geen informatie of, zo U
wilt, reclame mogen maken voor haar producten? Die informatie mag alleen
gegeven worden aan de beroepsgroep, wordt streng gereguleerd door de
Stichting Code Geneesmiddelenreclame en de Inspectie, is conform de
bijsluiter en beschikt over een sterke evidence base. Zodanig sterk dat
registratie-autoriteiten zo'n middel goedkeuren omdat de voordelen de
nadelen overtreffen.
Misschien is het probleem wel dat
methylfenidaat te goed werkt, waardoor het oneigenlijk wordt
voorgeschreven. Dat ligt niet aan de farmaceut maar vooral aan de
niet-deskundige voorschrijver. Dat kan eenvoudig gereguleerd worden
indien gewenst, door alleen prescripties van (kinder)psychiaters toe te
laten. Maar het is natuurlijk veel makkelijker om het misbruik toe te
schrijven aan pillenmarketing. Eigenlijk vind ik dat de fabrikant
geprezen moet worden omdat zij de therapeutische mogelijkheden heeft
uitgebreid met meer en effectieve interventies. De talloze testimonials
van ADHD-ers en hun ouders, waarvan het leven eindelijk structuur kreeg
nadat ze vaak pas na lange tijd medicatie kregen, is daar getuige van.
Dat is meer dan casuïstiek.
De discussie over ADHD gaat
dus niet meer over hoe gezinnen het beste geholpen kunnen worden maar
krijgt een ideologisch karakter. Ben je vóór of tegen pillen en ben je
vóór of tegen pillenmarketing? Laten we dat niet verwarren met de vraag
wat eigenlijk het beste is voor de ADHD-er en omgeving.
Reacties
Een reactie posten